Engels | Nederlands
Als een Dolly Dot naar Bluefields
Sarapiqui (Costa Rica), 10 maart 2018

We houden er altijd wel van: bestemmingen die minder vaak bezocht worden en die wat lastiger bereikbaar zijn. Toen we in onze reisgids zochten naar een leuke plek in Nicaragua om te ontsnappen aan de vele backpackers en toergroepen, viel ons oog op Bluefields, aan de Caraïbische kust. Bluefields is een stadje dat alleen per boot bereikbaar is, via de Rio Escondido. Heel veel bezienswaardigheden heeft de stad niet, aangezien een orkaan in 1988 alle oude, houten Victoriaanse huizen heeft verwoest. Toch schijnt het een prima plek te zijn om de Caraïbische sfeer te proeven.

Het stoffige stadje El Rama is de toegangspoort naar de zuidelijke Caraïbische kust van Nicaragua, aangezien hier de pangas (publieke speedboten) naar Bluefields vertrekken. Er is geen vast tijdschema van de afvaarten. Zodra er 20 personen een kaartje hebben gekocht, kunnen we gaan. Wij zijn nummer 7 en 8 op de lijst en onder het “genot” van een slappe kop koffie wachten we rustig af. Er ontstaat wat commotie om ons heen omdat er enkele elektriciteitskabels boven de weg kortsluiting maken en flink knetteren en vonken. Na ruim twee uur wachten is ons vertrek echter aanstaande en in hun haast om als eerste bij de boot te komen, vergeten onze medepassagiers hun angst voor de kortsluiting. De kortste route naar de boot toe, gaat door de vonkenregen van de kortsluiting en dit is de route die wordt genomen. We doen het rustig aan en denken bij onszelf dat er twintig plekken zijn in de boot, dus dat we altijd meekunnen. De boottocht duurt maar twee uur, dus dat overleven we wel.

Met een Dolly-dots kapsel arriveren in Bluefields
 

De twee meest onpopulaire plekken van de boot zijn over als we in de boot stappen. We delen de voorste bank in de boot met 2 corpulente dames die niet zo snel bij de boot konden komen als de andere passagiers. Direct denken we te weten waarom niemand op deze bank wil zitten: dit is de enige bank waarop je achteruit vaart. Met weinig aanleg tot zeeziekte, maakt ons dat weinig uit. Toch stelt de aanblik op onze medepassagiers ons niet gerust. Mensen binden capuchons vast om hun hoofd en trekken flinke regenjassen aan. De anders zo vrolijke Nicaraguanen lijken echt niet naar deze tocht uit te kijken en zien er een beetje bescheten uit. Er staat een flinke wind en de rivier wordt daardoor wat ruwer. Wellicht is men bang om nat te worden, is onze eerste gedachte.

Na vertrek merken we echter al gauw dat onze positie in de punt van de boot een veel groter nadeel heeft dan dat we achteruit varen. Als de speedboot met een enorme vaart over het water scheurt, komt de punt van de boot los van het water. Er hoeft maar een klein golfje te zijn en we stuiteren bijna van onze bank af. De windkracht neemt toe en daardoor lijkt het alsof we twee uur de ballen in een flipperkast zijn. Aangezien de rivier ook veel wordt gebruikt door grotere vrachtschepen, hebben we ook wel last van de boeggolven die zo’n schip veroorzaakt. Dat levert maximale punten in de flipperkast op!

Wachten op de boot van El Rama naar Bluefields
 

De reden waarom iedereen capuchons op doet, wordt Ivonne snel duidelijk. Haar haren wapperen al snel alle kanten op. Het is alsof je een windmachine met maximale kracht als op je haar zet. Maar goed: zo heel ijdel is Ivonne nu ook weer niet, dus wat maakt het uit.

Een half uur voordat we aankomen, brengt een forse regenbui nog wat extra spanning in de boottocht. Men is hier praktisch ingesteld en daardoor wordt er een stuk landbouw plastic van voor naar achter doorgegeven. Iedereen houdt dat stevig vast en vervolgens vaart de kapitein door. Het gaat nu wel wat langzamer: met die striemende regen in zijn ogen moet hij nog geconcentreerder varen om drijvende houtblokken te omzeilen. Op zo’n houtblok wil je niet in volle vaart botsten. Met al dat drijvend hout is het dan ook niet zo vreemd dat alle passagiers hier keurig hun zwemvest aan doen.

Het is alweer opgeklaard als we de haven van Bluefields binnenvaren. De capuchons gaan af en de Nicaraguanen zijn weer net zo vrolijk als anders. Als Ivonne door haar wil wrijven, blijkt het haar letterlijk recht op haar hoofd te staan. Wellicht is ze toch wat ijdeler dan dat ze vooraf dacht, want terwijl we met de rugzakken door Bluefields lopen om een hotelletje te zoeken, probeert ze haar haren angstvallig naar beneden te duwen. Met het gevoel dat iedereen naar haar kijkt, kijkt ze toch maar even in een glanzende winkelruit. “Shit: ik lijk op Angela Groothuizen in de tijd van de Dolly Dots” is haar eerste gedachte. Op de kamer kamt ze deze jaren tachtig coupe met veel moeite uit. Nu kan ons bezoek aan Bluefields echt beginnen.

Zeewaardige boten in Bluefields
Twee lokale meiden in Las Perlas Lagunas
Een lokaal creools restaurantje
Tropische sfeer in Raitipura
Tijd voor een cola in een lokaal cafe/winkel/restaurant
 
 

Go back to home pageGo to Articles sectionGo to Columns sectionGo to Photos sectionGo to countries sectionGo to weblog sectionGo to about us