Engels | Nederlands
Moldavië, klein maar niet om over het hoofd te zien
Chişinău (Moldavië), 14 juli 1996
Ga je naar Moldavië...…wat heb je daar te zoeken?!? Een klein landje, geen bekende highlights en inwoners die aangeven dat je voor het ongeluk bent geboren als je hier bent geboren. Laat iedereen zeggen wat ze willen, maar een ding is zeker: Moldavië heeft voldoende te bieden voor een onvergetelijk bezoek.

Als Europese scholier met weinig geld en veel tijd vond ik het jammer om veel geld te betalen voor een vliegticket, terwijl je over land ook landen als Polen en Oekraïne kon bezoeken. Tijdens de voorbereidingen van de reis, viel mijn oog op een landje dat ten noorden, oosten en zuiden grenst aan Oekraïne, en ten westen door Roemenië. Een klein land waarvan ik niemand kende die er ooit was geweest, en waarvan ik niet wist wat ik er van moest verwachten. Ik kwam erachter dat het een land was dat vele malen is veroverd, heroverd en dat onder andere ook door de sovjetisering een gemixte samenstelling heeft. Moldaviërs nemen maar 64% van de bevolking in beslag terwijl Russen, Oekraïners en Gagauz (Turkse christelijke groep). Een land dat van iedere verovering culinaire herinneringen heeft over gehouden, waardoor je hier kunt genieten van heerlijke goulashachtige gerechten met flink wat pepers, gevulde wijnbladeren en pittige soepen. Al dat heerlijke eten wordt weggespoeld met lokale wijnen. De Moldavische wijnen smaken overigens ook heerlijk, en ze worden de beste van de voormalige Sovjet-Unie genoemd. Ondanks de spanningen in Transdneistr (deel dat zichzelf onafhankelijk heeft verklaard), is het een relatief veilige bestemming. Klonk allemaal prima, dus de keuze was snel gemaakt…Moldavië werd ingebouwd op de vakantieroute van dat jaar.

Kerktoren van het Chitçani klooster
 
Ik kwam Moldavië binnen per trein vanuit Oekraïne bij de grensplaats Breceni, waarna we binnen enkele uren de hoofdstad Chişinău bereikten. Chişinău is een hoofdstad met ruim 400.000 inwoners. De architectuur van de gebouwen doen denken aan de sovjettijd, maar velen worden in vrolijke kleuren geschilderd waardoor het een zonnigere uitstraling krijgt. Het is een rustige plaats met weinig hotels, maar aangezien er ook weinig hotelbezoekers zijn geeft dit geen problemen. Op een van de wandeltochten door deze stad werd ik uitgenodigd om een bezoekje te brengen aan een Russisch orthodoxe kerk, waar een jonge priester graag zijn engels wilde oefenen tijdens een rondleiding. Na een tijdje te hebben gepraat vroeg ik hem wat hij de mooiste plaats van zijn land vond. Het duurde niet lang voordat hij “Chitçani” noemde. Een heel klein plaatsje ten zuiden van Tiraspol. Hij gaf aan dat er geen hotels waren maar dat de kloosterlingen wel voor een slaapplaats en wat te eten zouden zorgen. Hij gaf wel aan dat het verstandig was om in ieder geval mijn broek te verruilen voor een rok of een jurk, en een hoofddoekje mee te nemen zodat ik eenvoudiger zou worden geaccepteerd binnen de kerken. Zo gezegd, zo gedaan: een hoofddoekje zat al in de rugzak, dus ik heb een jurk gekocht en de reis kon beginnen.

Vastbesloten om “de mooiste plaats” van Moldavië te zien, nam ik de bus naar Tiraspol. Tiraspol is de hoofdstad van Transdneistr, een landstrook die wordt ingeklemd tussen de Dneistr rivier en de Oekraïense grens. In 1992 heeft men zichzelf als onafhankelijke republiek bestempeld, maar dit wordt zowel door Moldavië als door de rest van de wereld niet erkend. Omdat onlusten nog regelmatig de kop opsteken, heb ik op vele plaatsten navraag gedaan naar de toenmalige situatie, en het bleek er relatief rustig. In Tiraspol heb ik op enkele dollars om gewisseld naar het lokale betaalmiddel, roebels met een stempel van het Transdneistr symbool. Hiermee kon ik mijn reis met een gedeelde taxi naar Chitçani vervolgen.
Ansichtkaart van het Chitçani klooster
 

In Chitçani aangekomen begreep ik dat er geen hotels waren, het was inderdaad een erg klein plaatsje met een overwegend boerenbevolking en daarnaast een omheind klooster. Al voordat ik de poort doorliep werd ik tegemoet gelopen door een jonge kloosterling die Jean Pierre heette. Geen gangbare Moldavische naam, maar afkomstig van zijn Franse voorouders. Ik werd gastvrij ontvangen, en het was vanzelfsprekend dat ik enkele dagen mocht meekijken in het klooster. Ik werd naar een roze kamer gebracht met een prachtig uitzicht op het kloostercomplex. In de hoek van de kamer hing een schilderij van Jezus, om over mij te waken wanneer ik sliep. In de dagen die gingen komen werd ik rondgeleid door de prachtige kerken en gebouwen, mocht ik deelnemen aan de “service de vin” (een heel lange kerkdienst de gehele tijd staande wordt bijgewoond), werd ik verwend met lekker eten en vers fruit dat de vrouwen uit het dorp kwamen brengen. Men toonde hun blijdschap dat er iemand geïnteresseerd was in het klooster, en hoe men bezig was om het klooster opnieuw op te bouwen. Tijdens de sovjetperiode zijn de kerken en kleurrijke muurschilderingen voor een groot deel verwoest, om de kracht van de religie te breken. Vanuit Moskou zag men dit als een gevaarlijke, moeilijk te beheersen macht. Nu nemen ongeveer 30 tal kloosterlingen zich voor om de kerken en de bijgebouwen in hun oude glorie te herstellen, en men is al een heel eind op weg.

Het tijd van afscheid was nabij, dus alle handen werden geschut. Na met veel plezier een donatie voor de wederopbouw van het klooster te hebben stapte ik tezamen met een monnik (die erg veel op Bon Jovi leek) en Jean Pierre in een auto. De monnik had zijn roeping in het klooster gevonden, maar hij was duidelijk ook een rally talent. Met piepende banden door de bochten, en enkele minuten later stonden we op het busstation in Tiraspol. Na de terugkeer in Chişinău, volgde ik de tip van de monniken om nog enkele plaatsjes in Beltsy te bezoeken. Wederom een veelal agrarisch gebied, waar je je in eindeloze alpenheuvels waant. In ieder dorp bleek wel een engelse lerares te wonen en overal word je uitgenodigd om wat te eten of een wijntje te drinken. Helaas was mijn vakantietijd niet oneindig, dus het was weer tijd om verder te trekken naar Oekraïne. Ik heb altijd met veel plezier teruggedacht aan Moldavië, en ik heb sindsdien in mijn oren geknoopt dat landen waarvan men zegt dat er geen spectaculaire highlights zijn zeker het bezoeken waard kunnen zijn.

 


Go back to home pageGo to Articles sectionGo to Columns sectionGo to Photos sectionGo to countries sectionGo to weblog sectionGo to about us