Engels | Nederlands |
|
Op weg naar Iran | |
Teheran (Iran), 4 augustus 1998 |
|
Eén van de leuke dingen van reizen is de voorpret die het met zich meebrengt. Dit is zeker het geval wanneer je naar Iran gaat. Iran wordt officieel de Islamic Republic of Iran genoemd, en haar wetten en regels zijn gebasseerd op de voorschriften die de “werkelijke Islam” voorschrijft. Voor reizigers springt de “hejāb” (de Islamitische kledingvoorschriften die voor vrouwen in Iran noodzakelijk is) het meest in het oog. Alle vrouwen en meisjes boven de zeven jaar dienen hun lichaam te bedekken op een wijze dat de vorm van hun lichaam op geen enkele wijze aftekend. Verder dient hun haar te worden bedekt, bijvoorbeeld met een hoofddoek. Dit zijn zaken die men al moet bedenken bij het aanvragen van een visum. De pasfoto’s die een vrouw meestuurt met het visum aanvraag formulier moeten ook met een hoofddoek zijn genomen.
Of je het nu leuk vind of niet, buitenlandse vrouwen moeten zich in Iran conformeren aan de hejāb. In die zin is Iran nog steeds niet de plaats om de feministe te gaan uithangen. Dus, voordat men vertrekt naar Iran moet er worden nagedacht hoe men zich zal gaan kleden. Er zijn verschillende mogelijkheden, maar voor mij was het belangrijkste dat ik zo goed mogelijk kon opgaan in de Iraanse samenleving. Om me daarop te orienteren ging ik naar de delen van onze woonplaats waar de Islamitische gemeenschap samenkomt en haar traditionele winkels heeft. Als een voorproefje van de Iraanse gastvrijheid werd ik verwelkomd met adviezen en tips over chādors (zwarte “tent-achtige”jurken die je ineens van kruin tot tenen bedekt), andere kledingwijzen en hoe je het best je hoofddoek kunt vastbinden. Ookal hadden we voorheen al aardig wat Islamitische landen bezocht, het is altijd prettig om nog wat extra tips te krijgen. |
|
Ivonne die van haar lunch geniet in haar "Iraanse" jurk. |
|
Op 5 juli 1998 konden we eindelijk vertrekken naar Iran. We vlogen met Iran Air, en dat betekent dat de kleding eisen al ingaan op het moment dat je het vliegtuig in stapt. Onze medepasagiers waren veelal Iraanse emigranten die van Amterdam terug naar Teheran gaan om een bezoek aan hun familie te brengen. Terwijl we zaten te wachten om het vliegtuig in te gaan, voelde ik me nogal overdressed! Veel van mijn Iraanse medepasagiers zaten daar zonder hoofddoek, lange nauwsluitende broeken en opvallende make-up. Toen het moment van boarding was aangebroken werd het me duidelijk. Voordat zij het vliegtuig betraden gingen ze snel naar de toilet om zichzelf te conformeren aan de voorschriften van hun geboorteland. Toen ik om me heen keek in het vliegtuig, was er geen vrouwelijke vorm meer te bekennen.
Nadat we in Teheran waren geland, en onze tassen hadden verzameld begon onze weg naar de uitgang van de luchthaven. Een enorme hoeveelheid mensen stonden te wachten voor de aankomst van hun families. Toen we onze weg door deze mensenmassa probeerde te vinden werden we meerdermale door mensen aangesproken. Zij vroegen waar we vandaan kwamen, wilde zeggen hoe mooi de hoofddoek was of simpelweg benadrukken hoe groot mijn man is. Iemand van bijna 2 meter bleek een bijzondere bezienswaardigheid. Na slechts enkele minuten op Iraans grondgebied was het duidelijk dat er geen enkel teken van vijandigheid richting westerse reizigers was. We namen een taxi naar het centrum van de stad en terwijl we verbaast waren over de enorme drukte van het verkeer wisten we het zeker…dit zou een geweldige reis worden, en dat is het ook geworden. Zoals je kunt lezen in “De legendarische gastvrijheid van Iran”, hebben we enkele leuke gezinnen leren kennen, mede omdat we ons zo goed mogelijk hebben aangepast. Hierdoor hebben we enige tijd met hen mee mogen leven, en van hen mogen leren hoe zij invulling geven aan hun leven. |