Engels | Nederlands |
|
Het is heerlijk om weer terug te zijn | |
Camiguin Eiland (Philippines), 26 februari 2010 |
|
Na ruim een jaar zijn we weer terug in de Filippijnen. Eerlijk gezegd waren we er ook wel een beetje aan toe. We waren de kou van Zuid China en Hong Kong even zat, en hadden dus weer zin in de tropische temperaturen van de Filippijnen. Daarnaast hebben we hier vorig jaar een prima tijd gehad, maar hadden we lang niet alles van deze uitgestrekte eilandengroep kunnen zien. Genoeg redenen dus om voor een aantal maanden terug te keren. Vanuit onze hangmat op het eiland Camiguin kijken we terug op onze eerste week in de Filippijnen. We zijn op 19 februari 2010 van Hong Kong, via de Filippijnse hoofdstad Manilla, naar de zuidelijke stad Davao gevlogen. Volgens ons reisboek is Davao een kosmopolitische stad en als we bij de bagagebanden van het vliegveld staan te wachten op onze bagage, worden onze verwachtingen van de stad aangescherpt door de grote borden die er hangen: “Davao: de mooiste stad van de Filippijnen”. Dat zegt overigens niet veel omdat de Filippijnse steden voor wat betreft schoonheid steevast een onvoldoende scoren. Davao is trouwens de hoofdstad van de provincie Mindanao, die al jarenlang een slecht imago heeft. Sterker nog, de meeste overheden van de westerse landen raden het reizen naar deze provincie sterk af, omdat er een strijd gaande is tussen het Filippijnse leger en islamitische opstandelingen, die in dit deel van het land een islamitische staat willen stichten. In het verleden zijn bij deze strijd westerlingen gegijzeld, met als doel losgeld te ontvangen waarmee de strijd gefinancierd kan worden. De strijd vindt echter maar in een gedeelte van deze grote provincie plaats, waardoor de oplettende reiziger delen van Mindanao kan bezoeken zonder grote risico’s te lopen. De toch al geplaagde provincie was de afgelopen maanden ook het toneel van een strijd tussen twee machtige families die in de aanloop naar de verkiezingen het met elkaar aan de stok kregen. Het resultaat was een confrontatie waarbij veel doden vielen. Aangezien het geweld niet op westerlingen is gericht, besloten wij toch om onze tweede reis naar de Filippijnen te beginnen in Davao. |
|
Een straatbeeld van Davao |
|
Davao kan onze verwachtingen voor wat betreft de schoonheid van de stad niet waarmaken. Het is een stad die chaotisch, vervuild, ongeorganiseerd en bouwvallig is. De economische vooruitgang heeft hier nog niet toegeslagen en de stad lijkt al jaren voor wat betreft haar ontwikkeling stil te staan. Maar dat is nu juist wel vaak de charme van de Filippijnse steden. Het bruist er van de activiteiten en de straten van de stad zijn het domein van de dampende jeepney’s. Een jeepney is een kruising tussen een jeep en een bus die als transportmiddel wordt gebruikt binnen steden en voor de kortere afstanden buiten de stad. De karakteristieke en typisch Filippijnse jeepney’s zijn technologisch gezien zeer ouderwets en om die reden ook een ramp voor de luchtkwaliteit van de stad. Een dag doorbrengen in een stad als Davao is dan waarschijnlijk ook het slechtste wat je voor je gezondheid kunt doen. Aan de andere kant is het wandelen door Davao een belevenis. Door de kleurrijke activiteiten die er gaande zijn is er altijd wel wat te beleven. Ook in het zuiden van de Filippijnen zijn de mensen super vriendelijk. Je wordt vaak getrakteerd op een brede lach of zwaaiend nageroepen met ‘Hi Joe’, een generieke naam voor westerlingen die nog stamt uit de tijd dat de Filippijnen een Amerikaanse kolonie was. Maar het is niet alleen maar vriendelijkheid wat er in de Filipino’s zit. In geval van onenigheid zullen ze het conflict altijd eerst met een lach proberen op te lossen, maar als dat niet lukt, kan elke onenigheid relatief gemakkelijk in geweld escaleren. Wat dat betreft hebben de Filipino’s een kort lontje. Door het grote aantal schietwapens dat in omloop is, vallen er regelmatig doden en gewonden bij schietincidenten. Als je een bar of restaurant bezoekt, is het ook normaal dat er gewapende beveiliging aan de deur staat, die iedereen op vuurwapens inspecteert. Regelmatig zie je mannen rondlopen, die op hun rug, achter hun broeksriem, een vuurwapen hebben gestoken. Een beetje wildwest dus. | |
Het eiandje Camiguin verkennen per motorfiets |
|
Eén van de dagen in Mindanao hebben we besteed aan een bezoek aan het Philippine Eagle Research Centre (Onderzoekscentrum voor de Apenarend). Dit centrum, op ongeveer dertig kilometer van Davao, heeft als doel de Apenarend, waarvan er naar schatting nog zo’n 400-500 in het wild leven, voor uitsterven te behoeden. Deze ‘pistoolvrije toeristenattractie’, zoals het zo mooi staat aangeplakt bij de ingang van het onderzoekscentrum, is eigenlijk een soort van dierentuin gericht op de Apenarend. Deze aapetende roofvogel, die overigens het nationale symbool is van de Filippijnen, wordt hier gefokt met als doel ze uiteindelijk weer in het wild uit te zetten. Of dat ook gebeurd weten we niet. We hebben er vooral heel veel in kooien zien zitten, en van researchactiviteiten hebben we eigenlijk niets gezien. We hebben de Apenarend helaas niet in het wild kunnen zien. Er zijn er nog maar heel weinig, en als je je verder weet dat elk paar een gebied van ongeveer 130 vierkante kilometer nodig heeft om te overleven, is de kans op een waarneming zo goed als nul.
De acht uur durende busrit van Davao naar Cagayan de Oro is absoluut de moeite waard. De rit voert je door het centrale deel van Mindanao en is een prima manier om te zien hoe mooi het eiland is. Fel groene berg- en heuvellandschappen trekken aan je voorbij en regelmatig passeer je kleine stadjes en dorpjes waar mensen bezig zijn hun dagelijkse inkomen bij elkaar te sprokkelen. Cagayan de Oro is een plezierig studentenstadje die door zijn compactheid gemakkelijk te navigeren is. In het centrum vind je niet alleen een breed scala aan fastfood restaurants, maar ook nog de kleine barbecuerestaurantjes waar de Filipino’s zich in de avond aan een lekkere gebraden kip en een koud biertje vergrijpen. Na de drukte van de steden werd het tijd om een plek op te gaan zoeken waar de Filippijnen zo’n ster in is. Een heerlijk rustig strand resort op een klein eilandje waar je heerlijk kunt relaxen. Het was dan ook maar een boottocht van een uur die ons van Mindanao naar het kleine eilandje Camiguin bracht. Strand resorts heb je in alle soorten en maten. Van de dure en chique resorts waar alles op en aan zit, tot de laaggeprijsde plekjes waar je een simpele bamboebungalow huurt voor ongeveer tien euro per nacht en het restaurant een simpele maar voedzame kaart heeft. De uitzichten en het bier zijn echter overal hetzelfde, zodat wij meestal voor de tweede categorie kiezen. Gisteren hebben we een motor gehuurd om het eiland te verkennen, en vandaag brengen we vooral door in onze hangmat. Het is heerlijk om terug te zijn in de Filippijnen. |