Lepelen met een vreemde | |
Ulaan Baatar (Mongolië), 18 juni 2010 |
|
Na twee dagen in de bus te hebben gezeten, hebben we het Chinese stadje Erlian bereikt, aan de Mongoolse grens. Ons uiteindelijke reisdoel is de Mongoolse hoofdstad Ulaan Baatar, maar de rechtstreekse trein van Beijing naar Ulaan Baatar vonden we veel te duur. Vandaar dat we hebben besloten de reis op te splitsen in een aantal verschillende etappes. Eerst hebben we de bus genomen van Beijing naar Hohhot, vanwaar we de volgende dag de bus hebben genomen naar Erlian, het stadje waar we nu zijn. Vandaag gaan we de grens over naar het Mongoolse stadje Zamyn-Uud waar we vervolgens de lokale trein willen nemen naar Ulaan Baatar. Erlian is een redelijke grote Chinese stad op de grasvlaktes van de Chinese provincie Inner Mongolia. Het is een typische grensstad. Alles staat in het teken van de handel met Mongolië. Er is ook echt geen andere reden te bedenken om een grote stad te bouwen op deze hete en droge plek in de Gobi woestijn. Vroeg in de ochtend nemen we de taxi naar het lokale jeepstationnetje waar Mongoolse chauffeurs met hun jeep van Russische makelij staan te wachten op klandizie. Er is ook een sporadische bus die de grens oversteekt van Erlian naar Zamyn-Uud, maar het merendeel van de mensen neemt de jeep. Niet alleen is de jeep veel sneller, maar men kan ook meer bagage meenemen. En dat is essentieel voor de Mongoolse handelaren die met hun grote hoeveelheden ingekochte Chinese kleding terug naar Mongolië willen reizen om de koopwaar op lokale markten te gaan verkopen. |
|
De jeeps van Russische makelij die worden gebruikt voor de grensovergang |
|
Het duurt niet lang voordat de jeep voldoende passagiers heeft en koers zet naar de Mongoolse grens. Vlak voor de grens stoppen we echter nog om een Mongoolse familie op te laden die met een hoeveelheid bagage staan te wachten, waarvan wij ons afvragen of die wel in de jeep past. Na tien minuten proppen zit alle bagage echter in de jeep. Vervolgens nemen we met tien personen plaats in de jeep. Zes mensen op de achterbank en vier mensen op de voorstoelen. Gelukkig is de rit maar kort. Na tien minuten arriveren we bij de Chinese immigratie waar we zonder problemen een exit-stempel in ons paspoort gestempeld krijgen. Iedereen propt zichzelf vervolgens weer in de jeep waarna we in vijf minuten doorrijden naar de Mongoolse immigratie. Ook hier loopt alles op rolletjes. De paspoorten worden gestempeld en nadat we ook het douaneformulier hebben ingevuld zijn we officieel in Mongolië. Het Chinese schrift is uit het straatbeeld verdwenen en vervangen door het Cyrillische schrift, dat men bijvoorbeeld ook gebruikt in Rusland. Op de parkeerplaats buiten het immigratiekantoortje loopt een douanebeambte rond die de bagage in de tientallen jeeps moet controleren. Naast kleding, proberen de Mongolen uiteraard ook allerlei andere producten binnen te brengen (zoals elektronica) waar een invoerheffing op betaald moet worden. Een goede controle is echter onbegonnen werk. Alle pakketten zijn geheel met plakband dichtgeplakt, waardoor inspecteren onmogelijk is geworden. Ze doet nog wel een poging door met een sleutel in sommige pakketten een gaatje te prikken, maar een echte controle kun je het niet noemen. Ook onze jeep wordt in een tiental seconden ‘gecontroleerd’, waarna we tien minuten later door de jeep worden afgezet bij het treinstation van Zamyn-Uud. |
|
De lokale trein van Zamyn-Uud naar Ulaan Baatar |
|
Het is inmiddels half twaalf in de ochtend en één van de meisjes die bij ons in de jeep zat helpt ons met het kopen van de kaartjes voor de trein van half zes naar Ulaan Baatar. Helaas zijn de kaartjes voor de comfortabele ‘soft sleeper’ klasse uitverkocht waardoor we het moeten doen met de ‘hard sleeper’ klasse. Echter, een half uur later zijn ook deze kaartjes uitverkocht zodat we ons gelukkig mogen prijzen dat we überhaupt kaartjes hebben kunnen bemachtigen. Terwijl we zitten te wachten op de trein zien we dat het perron langzaam maar zeker volstroomt met mensen en heel veel bagage. We vragen ons wederom af of dit allemaal wel in de trein past. Als de trein eenmaal op het perron arriveert, breekt er chaos uit. De handelaren stormen op de trein af en proberen zo snel mogelijk al hun bagage in de trein te krijgen. Sommige handelaren hebben dragers ingehuurd om ze te helpen, omdat de hoeveelheid bagage vele malen groter is dan wat een persoon kan dragen.
De entree tot elke treinwagon wordt echter bewaakt door twee treinstewardessen die moeten voorkomen dat mensen zonder kaartje de trein in gaan. En dit zijn pittige Mongoolse dames. Mensen die zich tussen de stewardessen door de trein in proberen te wurmen worden zonder pardon door de dames de trein uitgetrapt. We hebben verschillende mensen gezien die door de naaldhakjes weer het perron op werden gebonjourd. Ook wij wringen ons een weg naar voren en omdat wij kaartjes hebben, blijven de naaldhakjes ons bespaard. De wagon zit al behoorlijk vol, en uiteindelijk denken we onze plaatsen te hebben gevonden. We zijn er niet helemaal zeker van, omdat de nummering van de bedden niet eenduidig is. We nemen plaats op twee stoelen die ons door lokale mensen worden aangewezen en kijken vervolgens met verbazing naar hoe de wagon verder wordt volgeladen met bagage. De wagon heeft een tiental open coupé’s met drie bedden boven elkaar De bovenste bedden worden echter alleen voor bagage gebruikt aangezien ze vanwege de veiligheid niet door passagiers mogen worden gebruikt. Net nadat de trein is vertrokken komt er een oudere dame naar Edwin toe die hem verzoekt een andere plek te gaan zoeken. Edwin’s stoel maakt namelijk deel uit van haar bed. Verbaast laten we ons kaartje zien waarop ook een bednummer staat vermeld. De oudere dame maakt ons echter duidelijk dat wij de bovenste bedden hebben geboekt waar alleen bagage op vervoerd mag worden. Uiteraard zijn we verbaasd te vernemen dat de Mongoolse spoorwegen kaartjes verkoopt voor bedden waarop je niet mag gaan liggen. Uiteindelijk blijkt dus dat we waardeloze kaartjes in ons maag gesplitst hebben gekregen. Edwin maakt de dame echter duidelijk geen zin te hebben om 15 uur te gaan staan en blijft dus lekker zitten. De oudere dame kijkt in eerste instantie wat beteuterd, maar raakt al snel verwikkeld in een kaartspel met andere passagiers. Rond een uur of twaalf in de avond wil de oudere dame toch echt gaan slapen. Ze doet nog een laatste poging om Edwin van de stoel te verjagen, maar dat lukt uiteraard niet. Uiteindelijk ruilt ze van plaats met een jongere jongen waardoor ze toch lekker kan gaan liggen. De jongere jongen gaat in eerste instantie tegenover Edwin op de stoel zitten, maar als hij uiteindelijk ook moe wordt, stelt hij voor om de twee stoelen en het tafeltje ertussen, ook om te vormen tot een bed. Zo gezegd, zo gedaan. Een minuut later hebben we de stoelen omgevormd tot een minuscuul klein bed waarop we met z’n tweeën plaatsnemen. Lepelen met een vreemde, zeg maar. copyright - Babakoto.eu / 2010 |