Engels | Nederlands
Welkom op Java
Bogor (Indonesia), 16 juli 2008

Op ons tandvlees zijn we in Kalianda aangekomen, op het zuidelijkste puntje van Sumatra. De afgelopen zes weken in Sumatra waren zwaar, vooral door de lange afstanden, de slechte staat van de wegen en de beperkte variëteit van het eten. Maar we hebben er ook enorm genoten. We hebben onder andere de wilde Orang Oetans gezien, de hoogste vulkaan van Sumatra beklommen, oog in oog gestaan met een wilde tijger en gisteren nog de spectaculaire Krakatau vulkaan bezocht (zie ook de foto impressie). Nu is het de tijd om weer afscheid te nemen en verder te reizen naar onze volgende bestemming: Java.

Om 08.00 uur ’s morgens springen we in een Opelet (een soort van minibusje die als openbaar vervoer opereren tussen de kleinere plaatsen) die ons van Kalianda naar Bakauheni moet brengen, de plaats op Sumatra vanwaar de ferry’s naar Java vertrekken. We hebben uiteraard vooraf een prijs met de chauffeur van de Opelet afgesproken om latere discussies te voorkomen. Een uurtje later arriveren we op de ferryterminal en betalen we de afgesproken prijs. Maar zoals verwacht ontstaat er toch een discussie. De chauffeur is het niet eens met de prijs en vraagt voor het gemak het dubbele, dus in plaats van 15.000 Rupiah’s (= € 1,-) een bedrag van 30.000 Rupiah’s (= € 2,-). Daarbij wordt altijd dezelfde tactiek gehanteerd. De chauffeur gebruikt het argument dat de prijs van 15.000 Rupiah’s niet voor twee personen was, maar per persoon. Maar wij zijn natuurlijk niet gek. Ten eerste was de prijs heel duidelijk als totaalprijs afgesproken, en daarnaast hebben we gezien dat andere passagiers maximaal 5.000 Rupiah’s per persoon hebben afgerekend. We houden dus voet bij stuk. We betalen de 15.000 Rupiah’s en lopen vervolgens naar de ferryterminal om daar kaartjes te kopen voor de twee uur durende vaart naar Merak op Java. Het aantal mensen en voertuigen dat dagelijks tussen Sumatra en Java reist is enorm. Elk half uur vertrekt er vanuit beide eilanden een grote ferry en dat gaat 24 uur per dag door. Aangezien de overtocht maar twee uur zal duren hebben we een kaartje voor de economyclass gekocht. Dit is de goedkoopste klasse waarvan de vloer te vies is om je rugzak op te zetten, de mannen continue de ene na de andere sigaret wegpaffen en de passagiers vermaakt worden met Tv-uitzendingen waarvan de sneeuw het onmogelijk maakt de programma’s te volgen. Wij hebben een plaatsje gevonden nabij de uitgang zodat we af en toe kunnen genieten van een frisse zeewind die voor enkele seconden de hevige rooklucht van de sigaretten verdrijft.

Een zicht op de spectaculaire Krakatau vulkaan
 

De tocht die twee uur zou gaan duren, duurt uiteindelijk bijna drie uur. Ruim voordat we arriveren, beginnen de lokale mensen zich al voor te breiden op de aankomst en nog voordat we zijn aangemeerd hebben de honderden passagiers zich verzameld bij de enkele uitgangen van de ferry. Er wordt behoorlijk gedrukt en voorgedrongen. Hoe kleiner en ouder de Indonesiërs, hoe fanatieker ze zijn in het voordringen. We proberen een verklaring te vinden voor dit gedrag en komen niet verder dan de gedachte dat het wellicht moeilijk is om een plaats te vinden in één van de bussen die de passagiers verder moet brengen naar hun eindbestemmingen. We besluiten onze plaats in de rij actiever te verdedigen om zo de kans op een plaats in de bus te verhogen. Nadat de uitgangen zijn geopend, volgen we de meute richting het busstation van de ferryterminal. Halverwege worden we aangesproken door zogenaamde ‘touts’ (een soort van propper die op basis van een commissie klanten ronselt voor de busmaatschappijen), die ons uiteindelijk naar de juiste bus leiden. Op het busstation staan namelijk een groot aantal bussen die elk een andere bestemming op Java bedienen. Wij moeten de bus hebben naar het Kalideres-busstation van Jakarta, omdat die in de buurt ligt van de wijk waar we willen gaan verblijven. Als we op het platform arriveren, staan de motoren van de bussen al te draaien en maken de meeste chauffeurs al aanstalten om te vertrekken. Elke paar seconden rijdt de bus een aantal meters naar voren om te laten zien dat het vertrek echt aanstaande is. Dit alles om passagiers te trekken. Iedereen wil namelijk zo snel mogelijk verder reizen. We gooien onze rugzakken onder in de bus, kopen een kaartje en springen op de bijna lege bus. Als ook alle andere ferrypassagiers een plaats hebben gevonden in één van de vele bussen, keert de rust terug op het busstation. Een enkele bus vertrekt, maar de meeste bussen rijden de enkele meters terug naar de initiële positie. En erger nog, de motoren worden afgezet en de chauffeurs en touts zoeken rustig een plekje bij één van de vele theestalletjes. Het vertrek lijkt nu verder weg dan ooit. “Dit kan niet waar zijn”, zeggen we tegen elkaar. Het zou ook zeer on-Indonesisch zijn indien de bus met lege stoelen zou vertrekken. We besluiten de aankomst van de volgende ferry af te wachten om te zien of de bus dan alsnog volstroomt met passagiers. Dat ene half uurtje kunnen we nog wel wachten.

Een aankomende ferry in de haven van Bakauheni op Sumatra
 

Tijdens het wachten worden we veelvuldig “lastig gevallen” door verkopers. Je kent ze wel, de veel te gladde jonge jongens die producten verkopen die je absoluut niet nodig hebt, of waarvan je met grote zekerheid aan de schijterij raakt. Natuurlijk zijn we netjes en melden we aan iedereen dat we geen interesse in hun producten hebben. Bij schijnbaar gebrek aan voldoende klandizie blijven de meeste verkopers rondom onze bus hangen en dan in het bijzonder rondom ons. In het begin kunnen we er de lol nog wel van inzien dat ze ons uitlachen om onze grote neuzen het glimmende “kapsel” van Edwin. Maar op het moment dat ze vervelend beginnen te worden en hun handen niet thuis kunnen houden, is het de tijd om uit de slof te schieten. Gelukkig arriveert snel daarna weer een ferry. De chauffeurs springen weer achter het stuur, de motoren worden weer gestart, de bussen komen in beweging en de touts hebben weer peper in hun reet. Nadat de touts hun werk hebben gedaan en de ferrypassagiers verdeeld zijn over de verschillende bussen, kijken we achterom om te zien hoeveel mensen er bij ons in de bus zijn bijgekomen. Nul dus! Zoals eerder worden de bussen vervolgens weer in de beginpositie gezet, worden de motoren weer uitgezet en wordt het theeleuten hervat.

Aangezien wij wel vandaag willen vertrekken, besluiten we het anders aan te pakken. We verlaten de bus en halen onze rugzakken onder uit het bagageruim van de bus. De chauffeur komt uiteraard een kijkje nemen naar wat er aan de hand is en op dat moment pakt Ivonne hem bij zijn kladden. “Wij willen ons geld terug en jij gaat dat regelen!” zegt ze gedecideerd. Uiteraard zegt de chauffeur dat hij het geld niet heeft en verwijst ons door naar iemand anders. Maar als een strontvlieg op een drol blijft Ivonne plakken en volgt ze hem overal waar hij loopt. Edwin verhoogt de druk door beslag te leggen op de sleutel van de bus die nog in het contactslot zat. Overdonderd door de assertiviteit van de bleekscheten ziet de chauffeur geen andere mogelijkheid dan het geld terug te geven. Met onze € 2,- op zak lopen we naar de uitgang van het busstation en besluiten we de eerst vertrekkende bus te nemen naar onze eindbestemming. Tien minuten later zijn we op weg en zeggen we tegen elkaar: “Welkom op Java”. Door de rust van Sumatra zijn we wellicht de afgelopen tijd iets ingedut, maar nu zijn we weer wakker.


Go back to home pageGo to Articles sectionGo to Columns sectionGo to Photos sectionGo to countries sectionGo to weblog sectionGo to about us