Brava&Fogo: Wandelparadijzen in Kaapverdië

Engels \| Nederlands
Brava & Fogo: Wandelparadijzen in Kaapverdië
Mosteiros (Kaapverdië), 7 november 2006	print versie

Ondanks het feit dat Brava geen echte highlights heeft en alleen per boot bereikbaar is, is Brava een prachtig eiland om te wandelen. Doordat het eiland minder gemakkelijk bereikbaar is lijkt de tijd hier enkele jaren te hebben stilgestaan, waardoor het aanvoelt als het meer “traditionele” Kaapverdië. Fogo heeft daarentegen een absolute highlight in de vorm van de vulkaan Pico de Fogo. Fogo bied je de mogelijkheid om van nabij de effecten van vulkanische activiteiten te aanschouwen. Hoewel beide eilanden erg van elkaar verschillen, behoren ze ons inziens in iedere reis door Kaapverdië, zeker als je van wandelen houdt. Onze reis start in Praia, de hoofdstad van Kaapverdië (gelegen op het grootste eiland Santiago). Hier vertrekt de Barlavento, een ferry die in 8 uur naar Brava vaart. We vertrekken om 23.20 uur en komen 8 uur later aan in Brava. Ondanks dat je de atlantische oceaan bevaart die erg wispelturig kan zijn, blijkt deze boottocht prima te doen. Na aankomst in het havenstadje Furna vertrekken we per aluguer (collectieve taxi) naar Nova Sintra, een slaperig stadje met ruim 1500 inwoners en hoofdstad van Brava.

Over Brava ligt vaak een deken van wolken

Brava heeft weinig toeristische bezoekers doordat er (als enige bewoonde eiland naast Santo Antão) geen luchtverkeer op Brava plaatsvindt, vanwege de hevige rukwinden die het landen gevaarlijk maakt. Daarnaast is er slechts twee maal per week een ferry-verbinding, waardoor veel reizigers Brava aan zich voorbij laten gaan. Mede daardoor kun je in Brava het traditionele Kaapverdische leven van nabij beleven. Het feit dat er weinig toeristen komen zorgt er onder andere ook voor dat de lokale kinderen nog niet naar geld, pennen of snoepjes vragen. Brava is een klein en overzichtelijk eiland (8 x 10 km), met een mooi netwerk van 30 km aan rustige en rustieke kasseien wegen die het mogelijk maken om snel naar de andere kant van het eiland te reizen. Het eiland is licht bergachtig met prachtige baaien en pitoresque dorpjes die zijn verbonden door vele wandelpaden. De wandelingen moeten echter niet onderschat worden. De paden zijn vaak steil en door de vele paden is het navigeren vaak lastig, waardoor een goede wandelkaart essentieel is. Goede wandelkaarten zijn momenteel echter moeilijk verkrijgbaar, zeker in Kaapverdië zelf. Er zijn veel mooie wandelingen te maken vanuit Nova Sintra (gelegen op 520 meter hoogte) naar plaatsen aan de kust (zee niveau) en weer terug. Aangezien Nova Sintra vaak omgeven wordt door nevel bengt dat een prachtige mysterieuze sfeer met zich mee.

Lokale vissers in Furna (Brava) laten hun vangst van de dag zien

Als je van wandelen houdt, heeft Brava voldoende mogelijkheden om hier tussen de 3 en 6 dagen te verblijven. Hier geldt echter wel dat de lengte van verblijf dient te worden afgestemd op het vertrek van de boot (2 x per week). Wij hebben na 4 mooie dagen op het rustige Brava de boot genomen naar São Filipe op Fogo. Als de zee rustig is, is dit een mooie, één uur durende overtocht met kans om dolfijnen te zien. Onze belangrijkste redenen om naar het vulkanische Fogo te gaan, zijn de wandelmogelijkheden in de krater en de heerlijke Fogo-wijn die in de vallei van de vulkanen (Chã das Caldeiras) wordt gemaakt. Het eiland Fogo is een vulkaan die duizenden jaren geleden is ontstaan. In de krater van Fogo (die nog voor 40% overeind staat) zijn in de laatste honderden jaren meerdere vulkaanuitbarstingen geweest (de meeste recente in 1951 & 1995). Al deze uitbarstingen hebben hun eigen vulkaan en lavasporen nagelaten die je middels wandelingen vanuit het dorpje Portela (gelegen in de initiële krater) kunt bekijken. In Portela is ook de pousada/restaurant Pedra Brabo gelegen, een prima hotel om na gedane arbeid te rusten en lekker te eten en te drinken. Deze pousada is ook de verzamelplaats voor de gidsen die je nodig hebt voor de beklimming van de Pico de Fogo. De Pico de Fogo is de grootste (2829 meter) en meest spectaculaire vulkaan in de Chã de Caldeiras. Al direct de eerste dag gaan we deze vulkaan beklimmen. Om op de Pico te komen, moet er een hoogte van 1200 meter worden overbrugd. De Pico is bijna perfect conisch en zeer imposant. Het omhoog klimmen duurt +/- 3,5 uur en het dalen +/- 1,5 uur. Het wijdse uitzicht vanaf de vulkaan is werkelijk spectaculair. Je waant je op een soort zwart maanlandschap en kijkt neer op de Chã das Caldeiras. Na ongeveer een half uur op de top van de Pico te zijn geweest begint de afdaling. Ook deze is spectaculair. Door het losse as kun je in een rechte lijn naar beneden rennen, zo hard je maar kunt. Wordt de snelheid te hoog, dan laat je jezelf in het as storten. Na de afdaling vind je dan ook overal de as terug, van je schoenen tot in je haren en zelfs in je ondergoed.

Een zicht op de Chã das Caldeiras met op de achtergrond Pico de Fogo

Op de Chã das Caldeiras kun je ook een mooie wandeling maken om het lavaveld van de uitbarsting van 1995 heen. Je ziet het machtige lavabed wat als een deken een deel van de krater vallei in beslag heeft genomen. Het is ook de moeite waard om een wandeling te maken naar de top van de orginele kraterwand die nog voor 40% overeind. Vanaf deze kraterwand heb je prachtig uitzicht op Chã das Caldeiras, met daarin Pico de Fogo als hoogtepunt. De verschillende lavavelden die je onder je ziet hebben verschillende kleuren. Aan de kleur van de lava kun je zien van welke uitbraak de lava afkomstig is. Op de derde dag zijn we met volle bepakking van Portela naar Mosteiros gelopen. Het is hemelsbreed maar 9 kilometer, maar de wandeling is heftig aangezien je 1600 meter hoogteverschil moet overbruggen. De wandeling is echter erg mooi en zeker de moeite waard. Je loopt door het nationaal park Monte Velho, een klein park waar de originele flora van dit nevelwoud wordt beschermt tegen de oprukkende agrarische activiteiten van de inwoners van Fogo. Langzaam daal je door het wolkendek heen en krijg je een prachtig zicht op de zee en uiteindelijk op het plaatsje Mosteiros. Je doorkruist kleine nederzettingen waar bewoners een bestaan proberen op te bouwen op de vruchtbare, maar zeer steile hellingen van Fogo. Vanuit Mosteiros zijn we terug gereisd naar het mooie São Filipe waar we nog even lekker hebben nagenoten van het moois van Brava en Fogo.