Stress in de Sahara
Mopti (Mali), 17 juli 2000
Het is bloedheet. We zitten in een klein hutje op een bush taxi station in Mopti, een Malinese stad in het zuidelijk deel van de Sahara. We zitten te wachten op vervoer naar de stad Djenné, dat op ruim drie uur rijden van Mopti ligt. Voor het vervoer op dit soort trajecten ben je aangewezen op de bush taxi. Dit zijn oude Peugeot 504’s, vaak met een bakje, waar zonder problemen twaalf passagiers in kunnen worden vervoerd. En dan hebben we het nog niet over de bagage. De bush taxi is meestal niet meer dan een chassis, een karkas en een rokende motor waarvan je hoopt dat alles het nog doet. Oh ja, de bush taxi vertrekt pas als hij vol is. Al met al een zeer oncomfortabele manier van reizen dus. In Europa zouden we een klacht indienen bij de vervoerder, terwijl we in Afrika dit ineens een romantische manier van reizen vinden, waarvoor we graag ons leven op het spel zetten.

Maar goed, we zitten inmiddels al een uur te wachten, terwijl de chauffeur heeft beloofd op korte termijn te gaan vertrekken. Onze bagage bevindt zich inmiddels al vastgesjord op het dak van de bush taxi. Er zijn echter nog weinig andere passagiers te bekennen waardoor we twijfelen of we echt wel op korte termijn gaan vertrekken. Echter, telkens als we vragen wanneer het vertrek gepland staat, zegt hij zonder blikken en blozen: “zo meteen”.

We nemen weer plaatst op de boomstam in het hutje wat plaats doet als wachtruimte. Het loopt tegen de middag en schaduw is op dit moment essentieel. Langzaam maar zeker wordt het minder druk op het bush taxi station. De lokale markt is ten einde en iedereen begint aan zijn middagrust ergens onder een boom of op een andere schaduwrijke plek. Al met al niet de ideale tijd om een taxi gevuld te krijgen. Onze chauffeur blijkt echter een goede toneelspeler te zijn en houdt nog steeds vol dat hij op het punt staat te gaan vertrekken. Dat zou in theorie kunnen, indien hij denkt veel passagiers onderweg te kunnen oppikken. Gesteund door deze gedachte hebben we geduld en nemen we weer plaats op de boomstam.

Halverwege de middag is het geduld op. Ondanks het feit dat we weten dat het geen zin heeft, koken we van binnen. We willen nu vertrekken! De stresstrekjes van de Europeanen zijn nog niet verdwenen naar een paar weken West Afrika. Je bent er maar een paar weken en wilt natuurlijk zoveel mogelijk zien. We lopen naar de chauffeur en dreigen onszelf als passagier terug te trekken indien we niet vertrekken. Wederom probeert de chauffeur ons met een smoesje terug te sturen naar de boomstam, maar dat gaat niet lukken. We vragen hem om onze bagage van de bush taxi af te halen aangezien we hebben besloten een dag langer in Mopti te blijven. Daar heeft de chauffeur echter geen trek in en zegt nogmaals dat we zo meteen gaan vertrekken. Nadat hij wederom weigert onze bagage van de bush taxi te halen, beginnen we zelf de touwen los te knopen. De chauffeur wordt lastig en probeert ons tegen te houden. De helft van zijn potentiële omzet probeert immers weg te lopen. We dienen vervolgens behoorlijk boos te worden voordat hij gehoor geeft aan onze wens.

Ruim vijf uur nadat we voor de eerste keer vol goede moed hebben plaatsgenomen op de boomstam, verlaten we het bush taxi station een gaan op zoek naar een hotel. Aan het einde van de dag, vlak voor zonsondergang, maken we nog een wandeling naar het bush taxi station. De bush taxi naar Djenné is uiteindelijk wegens gebrek aan voldoende passagiers niet vertrokken. Morgen is er weer een nieuwe kans.

© copyright - Babakoto.eu / 2006