De Bartang Vallei: één van de ruigste delen van het Pamir Gebergte
Khujand (Tadzjikistan), 16 juli 2015

Zoals de meeste reizigers zijn wij dol op landkaarten. Wat is er nu leuker dan op een landkaart te turen en jezelf af te vragen hoe al die plaatsjes en weggetjes er in het echt uitzien. Bij de voorbereiding van onze jeeptrip door het Pamir Gebergte was er één “weg” op de kaart die steeds ons oog trok. Een onderbroken lijntje dat de Bartang rivier volgde en dat volgens de legenda van de kaart een slecht jeeptrack zou moeten zijn. Daar willen we heen! Na flink wat zoeken kwamen we uit bij een reisagent (www.pamirguides.com) die een jeep met chauffeur wilde misbruiken om door dit gebied te rijden. Een lang gekoesterde wens gaat hiermee in vervulling; de Bartang Vallei is één van de meest afgelegen en ruige gebieden in het toch al desolate Pamir Gebergte en door deze trip kunnen we ons eindelijk een beeld vormen van deze vallei.

Het logische begin van onze reis door de Bartang Vallei trip is in Jalang (4100 meter hoogte). Officieel nog geen onderdeel van de Bartang Vallei, maar een prachtig nomadenkamp dat op zo’n 60 kilometer van de Kok Jar pas ligt. Vanaf de Kok Jar pas rijd je vervolgens de Bartang Vallei in. Jalang is echter een prachtige plek waar je minimaal een middag wilt verblijven. Kirgizische nomaden zetten in de zomer op deze vlakte langs een bergbeek hun nomadententen op, zodat het vee kan grazen van het gras dat hier groeit. Het Pamir Gebergte is over het algemeen kaal, rotsig, ruig en droog maar doordat er in de winter veel sneeuw valt is er veel smeltwater in de zomer. Langs deze beekjes en rivieren zijn groene linten van begroeiing waar de yaks en geiten kunnen grazen. Zodra het gebied rondom de nomadententen niet meer voldoende voer voor de dieren bevat, pakken de nomaden hun boeltje weer op om naar een volgende plek te trekken. Het leven in Jalang is eenvoudig. Stromend water is er in de vorm van de rivier, de toilet is niet meer dan een vluchtig opgestapeld, halfhoog muurtje rondom een gat met wat planken erover. De natuur is er echter overweldigend mooi en de gastvrijheid is ongeëvenaard. Aangezien er geen mobiele telefonie is op deze plaatsen, weten de mensen niet dat er bezoekers komen. Toch wordt er binnen no-time een lunch geserveerd, van de ingrediënten die hier volop aanwezig zijn. Brood (dat wordt gebakken op de kachel die wordt gestookt op Yakpoep) met yakyoghurt, yakboter, yakroom en heerlijke plov (Rijst met uien, geitenvlees en geitenvet). We vragen ons af hoe de nomaden aan het meel voor het brood, de uien en de rijst komen. Dat blijkt eenvoudig. Eéns in de paar weken komt er een soort SRV truck langs met allerlei spullen die de nomaden nodig hebben. Deze spullen worden geruild tegen de producten die de nomaden van de yakmelk maken.

Een meteoorkrater, op ongeveer 30 kilometer voor de Kök Jar pas
 

Na een nacht in het mooie Jalang, gaat de tocht door de Bartang echt beginnen. De 60 kilometer die ons scheiden van de Kok Jar pas, gaan door onbeschrijfelijk mooi gebied. De uitgestrektheid van de hoogvlaktes en de hoge, besneeuwde bergpieken die het geheel omzomen is grandioos. In dit gebied is ooit een meteoriet ingeslagen die een enorme krater heeft achtergelaten. Tevens hebben vroegere bewoners elders een soort zonnekalender gebouwd met stenen. De zonnekalender is wat ons betreft niet erg bijzonder, maar de tussenstop geeft onze chauffeur en de gids wel de gelegenheid om zijn band te verwisselen. De stenen waar we overheen hobbelen zijn vlijmscherp en daarmee een aanslag op de banden.

Vanaf de Kok Jar pas begint het avontuur pas echt. Op de pas van 4000 meter bivakkeren enkele Tadzjiekse herders en dit is het laatste teken van menselijke bewoning dat we in de aankomende 50 kilometer gaan zien. In deze 50 kilometer dalen we over een extreem slecht rotspad af naar Ghudara. De weg is op sommige plekken angstaanjagend smal. We zijn voor dit jaar de eerste reizigers die door de Bartang Vallei afdalen, waardoor onze chauffeur Shamil niet goed weet hoe we de weg gaan aantreffen. In de winter valt er veel sneeuw in deze gebieden, wat voor aardverschuivingen en lawines kan zorgen. De grootste angst van Shamil is dat er grote rotsblokken de weg versperren of dat er delen van de weg zijn weggeslagen, waardoor we niet verder kunnen. Om Shamil te kunnen bijstaan bij deze uitdagende weg, heeft Pamir Guides op het laatste moment (op hun kosten) een gids (Kurbanali) aan ons team toegevoegd. Kurbanali heeft echter meer de functie van wegwerker dan van gids. Om de paar minuten is hij bezig met het weghalen van rotsblokken en stenen, zodat onze Nissan Patrol zijn weg zonder kleerscheuren kan vervolgen. Verder kijkt Kurbanali ook mee om ervoor te zorgen dat we niet in een diep ravijn storten; ook zeer nuttig!

De Bartang Vallei is de kloof waar de Bartang rivier door stroomt. Het is een nauwe vallei die na iedere bocht anders oogt. De kleuren van de rotsen variëren van grijsgroen naar rozerood en de weg die ons door dit gebied voert is op miraculeuze wijze uit deze rotsen geschoven. Terwijl wij met volle teugen genieten, zweet Shamil peentjes. Regelmatig verzucht hij “Oh Bartang”, als zijn Nissan weer eens een flinke smakkerd maakt op de grote rotsblokken. We zien gedurende de uren dat we op dit stuk van de weg zijn, geen enkel vervoermiddel of mensen. Als we vragen wat Shamil zou doen als zijn auto ermee op zou houden, dan kijkt hij met glinsterende oogjes richting de hemel. “Ik hoop dat Allah ervoor zorgt dat mijn auto de Bartang Vallei overleeft!”

Eenmaal in Gudara (3050 meter hoogte), hebben we het moeilijkste deel van de route achter de rug. Synchroon wrijven Shamil en Kurbanali met hun handen door hun gezicht, als teken dat ze Allah danken voor de bijstand tijdens deze loodzware route. Gudara is het eerste echte dorpje dat we tegenkomen aan deze kant van de Kok Jar pas. De mensen die aan deze zijde van de pas wonen, hebben de Pamirse etniciteit, terwijl we in Jalang nog waren omringt door Kirgizische mensen. Het uiterlijk van de mensen is anders evenals de kleding en de religie. Hier gelooft men in de Ismail stroming van de islam. De Pamirs wonen in typische Pamir huizen: eenvoudig van buiten maar prachtig gedecoreerd van binnen. In de woonkamer zitten de mensen op dikke matten, op verhoogde plateaus. Een vijftal houten pilaren staan symbool voor vijf leden van de familie van Mohammed. Een Pamirse dame verzekert ons dat als er een aardbeving komt, dat je dan moet schuilen bij de pilaar die Mohammed representeert. Die zorgt dan voor bescherming.

Zicht vanaf de Kök Jar pas
 

We overnachten bij een lokale familie in Savnob, een klein dorpje op zo’n vijftig kilometer van Gudara. We zijn afgedaald naar 2680 meter, waardoor de temperatuur veel hoger is dan in Jalang. Middels irrigatie heeft men op het kleine stukje vlakke land langs de rivier, enkele frisgroene akkertjes aangelegd. Hier komen daardoor ook groenten voor in de dagelijkse kost. De rivier levert verder door middel van een kleine waterkrachtcentrale de stroom voor het dorp. Veel stroom is het niet, maar wel veel meer dan waar men in veel delen van het Pamir Gebergte op kan rekenen.

De volgende ochtend zetten we koers richting het dorpje Sponge (2170 meter hoogte). De weg is dan wel beter dan gisteren, maar een vierwiel aangedreven auto is geen overbodige luxe. Volgens Shamil zijn er ook reizigers die met offroad motoren en met mountainbikes deze route rijden. Zij hebben het voordeel dat ze geen last hebben van de smalle weg en dat zij rondom de grote stenen kunnen rijden. Qua landschap is de route ook vandaag weer fenomenaal. De weg blijft de Bartang Rivier volgen en klimt steeds weer enkele honderden meters om vervolgens weer af te dalen naar het niveau van de rivier. De uitzichten over de rivier en de kleine nederzettingen zijn prachtig. Langzaam maar zeker groeit de dichtheid aan nederzettingen. Af en toe zien we vierwiel aangedreven Russische minibusjes die de enige vorm van openbaar vervoer zijn in dit lager gelegen deel van de Bartang Vallei. Eéns in de paar dagen is het mogelijk om met zo’n minibusje naar Khorog (het hoofdstadje van de Pamir Provincie) te reizen. (Er is geen openbaar vervoer op de weg van de Kok Jar pas naar Gudara)

Vanuit Sponge laten we ons afzetten bij een voetgangersbrug in de buurt van Khijez, zodat we een dagwandeling naar Jizeu kunnen maken. Jizue is een klein dorpje op 2500 meter hoogte dat alleen te voet bereikbaar is en dat bestaat uit slechts 14 huishoudens. De ligging van het dorpje, aan een kristalhelder meer, is prachtig. Jizue is een eenvoudige optie voor mensen die een gevoel bij de Bartang Vallei willen krijgen, zonder dat zij met een Jeep, offroad motor of de fiets op pad willen. Met een gewone auto is de voetgangersbrug naar Jizue in enkele uren bereikbaar vanuit Khorog. In Jizue zijn voldoende homestay adressen om er een paar dagen te verblijven.

In Rushan komt ons avontuur in de Bartang Vallei tot een einde. De uitgestrekte, ruige natuur van dit gebied hebben een onuitwisbare indruk bij ons achtergelaten. Het stippelweggetje op de landkaart waar we al zo vaak over hadden gefantaseerd, kunnen we nu invullen met mooie herinneringen. De Bartang Vallei is voor iedereen aan te bevelen die van ruige natuur, afgelegen gebieden en gastvrije mensen houdt. Wanneer je gesteld bent op enige vorm van luxe tijdens je trip, dan moet je echter heroverwegen of dit de plek is waar je heen wilt gaan. Dit is een plek voor degene die reist om dingen te zien en te beleven en die daarvoor zijn eigen comfort wil wegcijferen.

Het pad is af en toe is erg slechte staat
Het smalle pad eist de volledige aandacht van de chauffeur
Een UAZ minibus van Russische makelij is stil gevallen. Lopen is de enige optie.
De Jizeu Vallei (ook wel Geisev genoemd) is een zij-vallei van de Bartang Vallei

Oud materieel houdt de Bartang Vallei begaanbaar

© copyright - Babakoto.eu / 2015